Tijdens de Nuffield Nederland najaarsbijeenkomst op 13 november 2018 in Bunnik, hebben zeven agrariërs een Nuffield scholarship 2019 ontvangen. Het gaat om innovatieve agrariers uit diverse sectoren, die gezien worden als de ‘future leaders of the industry’. Met het scholarship krijgen zij de kans om zich persoonlijk, hun bedrijf en daarmee ook hun sector te ontwikkelen. Het komend 1,5 jaar zullen zij met een bepaalde onderzoeksvraag in binnen- en buitenland kijken in de keuken van interessante bedrijven en personen.
Bas Groeneveld uit Dronten werkt samen met Sjaak Twisk op het biologisch dynamische akkerbouwbedrijf Maatschap Twisk. Graag wil Bas op zoek naar andere voorbeelden van bedrijven die samenwerken in verticale ketens die exclusief en in nauwe samenwerking zijn ingericht -van producent tot supermarkt. Wat bepaalt nu het succes binnen deze ketens? Bas wordt ondersteund door de Rabobank.
Heleen Lansink-Marissen woont en werkt samen haar man en hun kinderen op een melkveebedrijf met 85 koeien en 30 stuks jongvee op 55 ha grond in Haaksbergen, Overijssel.” Heleen wil met haar Nuffield-reis onderzoeken hoe we de boerin/partner op de boerderij in een sleutelpositie kunnen zetten als aanjager in de transitie naar een duurzame, gedragen landbouw. Heleen gaat op zoek naar programma’s en bewegingen voor boerinnen in het buitenland en wat hun impact is in de samenleving. Heleen wordt ondersteund door de provincie Overijssel.
Ingrid Jansen heeft een betrokkenheid bij het zeugenbedrijf en vleesvarkensbedrijf van haar ouders in Oud-Gastel en Galder en is woonachtig op een akkerbouwbedrijf in Tollebeek in de Noordoostpolder. Op dit moment is zij werkzaam voor een plattelandsstichting die zich inzet voor een vitaal platteland in Oost-Nederland. Ingrid richt haar onderzoek op de vraag welke succesvolle samenwerkingsverbanden tussen boeren onderling zijn internationaal die leiden tot een betere positie in de keten en een hoger rendement op het boerenbedrijf. In het bijzonder zal zij daarbij kijken naar voorbeelden in de varkenssector en akkerbouw. Ze wordt daarvoor ondersteund door Stichting Privon.
Jeroen van Wijk is melkveehouder (115 melkkoeien, 70 jongvee op 56 ha grond) in Odijk (Utrecht) op een bedrijf waar zijn familie al vanaf 1908 woont en werkt. Maatschappelijke acceptatie en duurzaam produceren heeft de toekomst denkt Jeroen, zeker in een dichtbevolkt gebied als Nederland. Hij ziet hij dat het huidige systeem hier nog niet voldoende op aansluit. Hij gaat zich verdiepen in een verdienmodel passend bij natuur inclusieve, maatschappelijk verantwoorde en duurzame landbouw, om dit toe te passen op zijn bedrijf en een bijdrage te leveren aan een systeemverandering. Jeroen wordt ondersteund door de provincie Utrecht.
Pieter van der Valk komt uit het Friese Ferwoude. Samen met zijn vrouw, kinderen en zijn vader exploiteren zij een verbreedt melkveebedrijf met momenteel 120 koeien en verhuur van appartementen. Tevens is Pieter werkzaam als innovatie manager, verantwoordelijk voor het realiseren van vernieuwing en optimaliseren van de dienstverlening. In de afgelopen vier jaar is het melkveebedrijf in zijn geheel verplaatst. Nu het stof van de nieuwbouw is neergedaald, is hij zich aan het oriënteren op het verder verduurzamen van het bedrijf. Dit brengt de mateloze interesse met zich mee om na te denken over verdienmodellen in groter verband. Pieter wordt ondersteund door de Rabobank.
Ruth van der Haar uit Collendoorn heeft samen met haar man een gesloten bedrijf met 240 zeugen en vleesvarkens en 18 hectare land. Alle varkens worden gehouden volgens het concept ketenduurzaamvarkensvlees (KDV) met een antibiotica levenvrij garantie. Dit houdt in dat alle biggen vanaf de geboorte een chip in het oor krijgen en veel data wordt vastgelegd van deze dieren. Ruth gaat op pad met de vraag ‘Welke gegevens heb ik nodig van mijn individuele dieren om te zorgen voor robuuste varkens die met zo min mogelijk ingrepen groot worden.’ Ruth wordt ondersteund door Stichting Privon.
Willem Voncken komt uit het zuid Nederlandse heuvellandschap waar hij samen met zijn ouders een akkerbouwbedrijf runt. Willem en zijn ouders hebben in de loop der jaren de overstap gemaakt van melkvee naar akkerbouw. In 2018 begon Willem met de teelt van soja en doet hij proeven met pinda’s, een gewas dat nog niet wordt verbouwd in Nederland. Vanwege Willem’s grote interesse in de klimaatverandering en het effect daarvan op landbouw, denkt hij voortdurend aan de toekomst en de mogelijkheden die hierdoor kunnen ontstaan voor nieuwe teelten in Nederland.